Thomas Leysen en Sarah Schoentjes (masterstudenten, UGent), Pieter Cannoot (assistent, UGent), Jurgen Goossens (FWO postdoctoraal onderzoeker, UGent – universitair docent, Erasmus Universiteit Rotterdam) en Sien Devriendt (assistente, UGent)
Op 1 januari 2018 trad de nieuwe transwet van 25 juni 2017 in werking en werd zo de procedure voor juridische gendererkenning grondig hervormd. Met deze wet wilde de Belgische wetgever tegemoet komen aan de internationale mensenrechtenverplichtingen inzake genderidentiteit en gendererkenning en zo één van de internationale voortrekkers worden op vlak van de bescherming van transgender personen. De belangrijkste hervorming is zonder twijfel de afschaffing van de omstreden medische voorwaarden voor gendererkenning die waren opgenomen in de wet van 2007 inzake de transseksualiteit. Een andere belangrijke verandering houdt in dat (bepaalde) minderjarigen nu ook de mogelijkheid krijgen om hun geslachtsregistratie aan te passen. Toch bevat de wet een aantal bepalingen die beletten dat België als hét internationale voorbeeld kan gezien worden.